0.3.2 Wat zijn de veiligheids-, gezondheids- en woningkwaliteitsnormen?

De basis voor het opleggen en handhaven van minimale woningkwaliteitsnormen vinden we terug in de Vlaamse Codex Wonen, artikel 3.1.

Elke woning moet voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woningkwaliteitsvereisten van artikel 3.1 van de Vlaamse Codex Wonen.

De vereisten zijn:

  • Een minimum aan comfort

    • minimale sanitaire voorzieningen: goed werkend toilet, badkamer met bad of douche, stromend water, aangesloten op een afvoerkanaal zonder geurhinder

    • kookgelegenheid (keuken)

    • voldoende veilige verwarmingsmiddelen om de woongedeelten met een woonfunctie tot een normale temperatuur te kunnen verwarmen: minimaal in een leefruimte een verwarmingstoestel

    • correcte afwerking van vloeren, wanden en plafonds

    • goede staat van ramen en deuren

    • vrije toegankelijkheid en respect voor de persoonlijke levenssfeer

  • Structurele stabiliteit van het gebouw

    • stabiliteit van dak, muren en vloeren

  • Veiligheid

    • voldoende en veilige elektrische installaties voor de verlichting van de woning en voor het veilige gebruik van elektrische apparaten

    • veilige gas- en verwarmingsinstallaties, zonder CO-gevaar

    • veilige trappen

    • voldoende rookmelders

  • Gezondheid

    • geen vochtproblemen

    • mogelijkheid tot voldoende en veilige verluchting en natuurlijke verlichting

    • de aanwezigheid van drinkbaar water

  • Minimale energetische vereisten

    • dakisolatie en dubbele beglazing

De woning moet daarnaast ook groot genoeg zijn voor het aantal bewoners en moet voldoen aan de minimumoppervlakte voor een kamer of een zelfstandige woning.

Meer informatie over de woningkwaliteitsnormen vindt u in het technisch handboek woningkwaliteit en op de webpagina www.vlaanderen.be/woningkwaliteitsnormen.