233: ontbrekende of onvoldoende hoge/stevige borstwering bij lage ramen (vanaf eerste verdieping)

Toepassing van de rubriek

In rubriek 233 beoordeelt de woningcontroleur de veiligheid bij lage ramen vanaf de eerste verdieping in de woning, waarbij onder lage ramen wordt verstaan: ramen waarvan de onderzijde zich op het niveau van de vloer van de betrokken ruimte bevindt, of waarvan de vaste borstwering, meestal de muur, een beperkte hoogte heeft.

In deze gevallen ontstaat het risico om uit het raam te vallen. Vanaf de eerste verdieping van een woning kan dit ernstige gevaren meebrengen.

Het is daarom belangrijk dat de onderzijde van een opengaand raam vanaf de eerste verdieping zich minstens op 75 cm boven de vloer bevindt. Indien deze hoogte lager is, is een borstwering noodzakelijk die een gelijkaardige veiligheidshoogte biedt. Uiteraard geldt dit niet voor de deuren of ramen die toegang geven tot terrassen en balkons. Het geldt daarentegen wel wanneer een laag raam toegang geeft (bedoeld of onbedoeld) tot een plat dak. Hier is het valrisico beperkt, maar indien het raam zich op minder dan twee meter van de rand van het plat dak bevindt, is ofwel een borstwering rond het plat dak noodzakelijk, ofwel een borstwering aan het lage raam.

Vanaf de eerste verdieping is ook bij vaste ramen tot op de grond of met een lage borstwering een nazicht nodig. Enkele beglazing biedt bijvoorbeeld geen valbeveiliging, wanneer iemand tegen de ruit zou vallen.

Gebreken aan de ramen zelf worden niet beoordeeld in rubriek 233 maar wel in rubriek 121.

Gebreken aan borstweringen rond terrassen op verdieping en toegankelijke platte daken worden in rubriek 232 behandeld. Daarvoor gelden dezelfde criteria als deze hieronder vermeld.

Werkwijze en wijze waarop gebreken worden waargenomen

De woningcontroleur beoordeelt de veiligheid van lage ramen vanaf de eerste verdieping visueel en meet daarbij de hoogte onder elk raam.

Een borstwering is voldoende veilig als aan al de volgende vereisten is voldaan:

  1. de hoogte van de borstwering bedraagt minstens 75 cm;

  2. zie toelichting onder rubriek 232;
  3. de borstwering is stevig;

  4. zie toelichting onder rubriek 232;
  5. de borstwering is stevig verankerd in de ruwbouwconstructie;

  6. zie toelichting onder rubriek 232;
  7. de onderste helft van de borstwering is niet makkelijk te beklimmen en eventuele openingen zijn klein zodat er niemand doorheen kan rollen of vallen;

  8. zie toelichting onder rubriek 232;
  9. eventuele openingen in de bovenste helft van de borstwering zijn klein zodat niemand er doorheen kan vallen.

  10. zie toelichting onder rubriek 232.

Als een deel van de borstwering uit een makkelijk bereikbaar en stabiel vlak bestaat, wordt de nodige hoogte vanaf dat vlak beschouwd. Ook bij lage opengaande ramen met een makkelijk bereikbaar en breed raamtablet telt de hoogte vanaf dit raamtablet.

Onder een makkelijk bereikbaar en stabiel vlak wordt verstaan dat een deel van de borstwering voldoende breed is om er stabiel te staan en voldoende laag om er met een eenvoudige beweging op te stappen (zie voorbeeld in onderstaande tekening).

De woningcontroleur houdt rekening met elementen in de nabijheid van lage ramen die invloed hebben op het valrisico.

Zo zal de aanwezigheid van een trap of van een niveauverschil in de vloer het risico bij het lage raam wellicht verhogen.

Het komt er met andere woorden duidelijk op aan om de situatie in zijn geheel te beschouwen en de beoordeling niet louter op één objectieve maat te baseren.

Afbeelding: het geheel van de situatie is belangrijk bij de beoordeling

Omschrijving laag raam

Onder een laag raam wordt in deze rubriek verstaan:

  1. een opengaand raam of deur waarvan de borstwering onder het opengaand deel onvoldoende valbeveiliging biedt zodat een persoon minstens een verdieping omlaag kan vallen, zodra het raam geopend wordt;

  2. een vast raam waarvan de kwaliteit van de invulling niet volstaat om een persoon tegen te houden om er doorheen minstens een verdieping omlaag te vallen.


  3. Voorbeeld bij 2.: als bijvoorbeeld de invulling van een vast raam bestaat uit dunne enkele beglazing, zal die niet volstaan om valveiligheid te garanderen.

Een laag raam is een structureel probleem dat steeds een groot risico inhoudt voor de bewoner. Daarom is een blijvende bescherming noodzakelijk, iets wat niet zomaar naar believen kan weggenomen worden. Enkel structurele oplossingen kunnen deze blijvende bescherming garanderen. Een voldoende hoge/stevige borstwering is de enige mogelijkheid.

Wanneer deze borstwering nodig is, wordt bepaald door onderstaande definities van wat een opengaand en vast raam zijn.

Omschrijving opengaand en vast raam

Een opengaand raam is in de context van dit handboek een raam dat beschikt over een mechanisme om het te openen, ongeacht de aan- of afwezigheid van elementen die slechts oppervlakkig een onmiddellijke opening verhinderen, en dat na opening de doorgang van een persoon mogelijk maakt.

De aanwezigheid op of bij het raam van een slotje, kettinkje, schaar, of een andere vorm van tijdelijke beveiliging verhindert niet dat het raam makkelijk geopend kan worden. Ook de afwezigheid van een sleuteltje of een raamkruk (zonder dat het slotgat afgedicht is) verhindert een snelle opening niet.

Voorbeelden van ramen die geopend kunnen worden maar niet als laag opengaand raam in deze context gezien worden:

  • Een raam dat enkel in kipstand geopend kan worden, waarbij de doorgang van een persoon onmogelijk is.

  • Een raam waarvan de grootte van de opening in die mate beperkt is door een structureel aanwezig bouwkundig element dat de doorgang van een persoon onmogelijk is (bvb een laag kader van een gordijn- of rolluikbak, een doorlopend structureel bevestigd profiel of balk, …). Een deurstop, schroef, houten blokje of lat, telescopische stang, traphekje, … is geen structureel aanwezig bouwkundig element.

  • Het structureel aanwezig bouwkundig element maakt duidelijk dat het op blijvende wijze bij het raam hoort met als doel het raam niet verder te kunnen openen.

Een vast raam is een raam dat niet voorzien is van een mechanisme om het te openen of waarvan het aanwezige mechanisme slechts met een structurele ingreep opnieuw bruikbaar gemaakt kan worden. Voorbeelden van opengaande ramen die in deze context als vast raam gezien worden:

  • Een raam waarvan het bedieningsmechanisme om het te openen ontbreekt (geen kruk aanwezig en blind afdekplaatje gemonteerd over krukgat en sleutelgat).

  • Als het om een zeer laag raam gaat (borstwering lager dan 50 cm), is het bovendien nodig dat het opengaand deel structureel vast is gemaakt, bijvoorbeeld met behulp van een over de volledige breedte en hoogte doorlopend metalen profiel op het raamkader of door het vastschroeven van het opengaand deel aan het vast kader via de glassponning.

Quotering van concrete toepassingsgevallen

Een niet limitatieve lijst van concrete toepassingsgevallen is opgenomen in bijlage 71 van het MB.

 

Quotering categorie II

Gebreken van categorie II zijn ernstige gebreken die leiden tot ongeschiktheid.

Het gebrek in rubriek 233 behoort tot categorie II, wanneer het een ernstig fysiek letsel voor de gebruiker tot gevolg kan hebben en de technische maatregelen niet in overeenstemming zijn met de potentiële risico’s. Tot categorie II behoren in ieder geval de volgende gebreken:

  1. ontbrekende borstweringen bij mits inspanning bereikbare plaatsen;

  2. ernstige gebreken aan borstweringen bij beperkte hoogteverschillen;

  3. ernstige gebreken die dringend herstel vereisen om op korte termijn niet tot gebreken categorie III te leiden.

Z_233_II_01: quotering rubriek 233 in categorie II: Te lage borstwering

Opmerking 1: de hoogte onder dit opengaand raam is duidelijk lager dan de vereiste 75 cm; de vensterbank is breed en de aanwezige spullen bemoeilijken de toegang, maar dit alles is niet relevant; wanneer ze worden weggenomen vormt het opendraaiend raam, zonder borstwering, een ernstig risico, zodat een quotering onder categorie II nodig is;

Opmerking 2: de vensterbank is niet zo laag dat iemand er met een eenvoudige beweging op kan stappen; de vereiste hoogte van het lage raam wordt dus beschouwd vanaf de vloer.

Z_233_II_02: quotering rubriek 233 in categorie II: Openingen te groot en borstwering niet voldoende stevig bevestigd


Opmerking: de opengaande ramen zijn afgeschermd door een onvakkundig geplaatste borstwering, bestaande uit wapeningsstaven die met buisklemmen zijn vastgezet in de voegen van de steen; de afstand tussen de onderste staaf en de vaste onderregel van het raam is te groot (ca. 30 cm) en biedt onvoldoende bescherming tegen een val; er wordt gequoteerd onder categorie II.

Quotering categorie III

Gebreken van categorie III zijn ernstige gebreken die leiden tot onbewoonbaarheid.

Het gebrek in rubriek 233 behoort tot categorie III als het een duidelijk en direct gevaar voor de veiligheid of gezondheid van de bewoners of gebruikers betekent. Tot categorie III behoren in ieder geval de volgende gebreken:

  1. het ontbreken van borstweringen aan lage ramen;

  2. extreme gebreken aan borstweringen.

Voorbeeld bij 2: onvoldoende bevestigd, te grote openingen, veel te laag.

Z_233_III_01: quotering rubriek 233 in categorie III: Borstwering te licht en te open

Opmerking: ondanks het feit dat de bovenste lat van deze borstwering hoog genoeg zit, is het geheel totaal onveilig: de latten zijn te licht en de ruimte ertussen (> 30 cm) is veel te groot; de lichte verhoging in de vloer zorgt voor extra risico op struikelen; dit alles verantwoordt een quotering onder categorie III.

Z_233_III_02: quotering rubriek 233 in categorie III: Borstwering te open en niet stevig bevestigd

Opmerking: ook deze foto toont een combinatie van gebreken: lichte latten en veel ruimte tussen de latten; in dit geval is ook de bevestiging van de latten niet in orde: twee schroefjes in het raamkader zijn niet voldoende sterk; dit alles leidt tot een quotering in categorie III.

Z_233_III_03: quotering rubriek 233 in categorie III: Teveel ruimte tussen onderregel – borstwering

Opmerking 1: de oplossing die hier geboden werd om een laag raam te beveiligen voldoet niet: zelfs al zou deze handgreep op 75 cm boven het vloerniveau zitten, deze tussenruimte van 30 cm is te groot; hierdoor ontstaat een groot valrisico zodat onder categorie III wordt gequoteerd.

Opmerking 2: dit soort situaties komt wel vaker voor bij een hercontrole, wanneer bij een eerste controle een gebrek werd vastgesteld onder de rubriek ‘ontbrekende borstwering bij laag raam’ en de eigenaar een aanpassing deed; indien de vraag wordt gesteld wat te doen om het gebrek op te heffen, wordt best verwezen naar de richtlijnen van Buildwise (voorheen WTCB) en/of de geldende normen, zoals NBN B 03-004 en NBN B 25-002-1.

Z_233_III_04: quotering rubriek 233 in categorie III: Raam op vloerniveau – borstwering ontbreekt.

 

Opmerking 1: dit opendraaiend raam op de verdieping, zonder enige borstwering, is zeer onveilig en wordt daarom onder categorie III gequoteerd.

Opmerking 2: het raam zelf is weliswaar slechts ca. 65 cm hoog, maar dit neemt niet weg dat er een direct valrisico blijft, zodra het raam geopend wordt; daarom wordt onder categorie III gequoteerd.

Z_233_III_05: quotering rubriek 233 in categorie III: Raam te laag, borstwering ontbreekt

Opmerking: dit opendraaiend raam met lage borstwering (< 45 cm) is zonder bijkomende borstwering zeer onveilig; ramen waarvan de bovenkant van het vast kader zich op minder dan 50 cm boven het vloerniveau bevindt, vormen een groot risico; daarom is een quotering onder categorie III nodig.

Z_233_III_06: quotering rubriek 233 in categorie III: opengaand raam op plintniveau, geen borstwering


Opmerking: dit opengaand raam met een plinthoge borstwering toont duidelijk het directe gevaar aan, wat een quotering onder categorie III logisch maakt.

Z_233_III_07: quotering rubriek 233 in categorie III: opengaand raam met opstapmogelijkheid, borstwering zonder nut


Opmerking 1: de vensterbank is laag en breed zodat een gemakkelijke opstap ontstaat, die bovendien een extra risico vormt voor spelende kinderen; quotering onder categorie III is logisch.

Opmerking 2: er is wel degelijk een borstwering aanwezig; zelfs al zou deze voldoende hoogte hebben vanaf het vloerniveau van de kamer, ze komt niet hoger dan de onderregel van het opengaand raam en vormt dus geen nuttige bijdrage; de hoogte van de borstwering moet minstens 75 cm bedragen, gemeten vanaf de makkelijk bereikbare en brede lage vensterbank.

Z_233_III_08: quotering rubriek 233 in categorie III: laag raam in een badkamer

 

Opmerking: dit laag opengaand raam bij het bad vormt een ernstig risico bij het douchen, omdat de bodem van het bad nog iets hoger komt dan de vloer van de badkamer; bovendien vergroot de natte ondergrond het risico op uitglijden.

Bijkomende opmerking – geen quotering

Indien er in het geheel geen risico is voor de veiligheid, maar er wordt toch een vaststelling gedaan die mogelijk tot een gebrek onder deze of een andere rubriek kan leiden, dan wordt een bijkomende opmerking gemaakt in het technisch verslag.

Het kan ook aangewezen zijn om in een bijkomende opmerking te noteren waarom niet gequoteerd werd, zeker wanneer de inschatting van het geheel van de situatie invloed heeft op de beoordeling van borstwering bij een laag raam.

Wanneer de woningcontroleur vaststelt dat een laag opengaand raam door een structureel aanwezig bouwkundig element voldoende beperkt wordt in de grootte van opening of wanneer het laag opengaand raam wordt beschouwd als een vast raam, dan wordt geen gebrek gequoteerd onder rubriek 233. Er wordt wel steeds deze bijkomende opmerking gemaakt:

“De hoogte van de borstwering onder het laag raam bedraagt … cm, wat onvoldoende is. Tijdens het conformiteitsonderzoek werd vastgesteld dat het raam niet / slechts beperkt (… cm) geopend kan worden omwille van een structureel aanwezig bouwkundig element (te omschrijven). Daarom werd op het moment van de controle geen valgevaar vastgesteld en dus niet gequoteerd. Het is aan te bevelen om als blijvende bescherming een voldoende hoge en stevige borstwering aan te brengen.”

Extra voorbeelden

Onderstaande voorbeelden geven aan wat een goede oplossing kan zijn.

Z_233_E_01: afdoende borstwering aan de buitenzijde in de raamopening

Opmerking: dit laag opengaand raam is aan de buitenzijde (ruim hoog) afgeschermd door een metalen borstwering met verticale verdeling.

Aandachtspunten brandpreventie en erfgoed

Zie in dit verband het kader onderaan rubriek 232.

Regelgeving

Artikel 84 van het MB.

Bijlage 71 van het MB.

Veelgestelde vragen