STABILITEIT dragende binnenmuren
Te beoordelen elementen
De dragende binnenmuren zijn deel van de verticale structuur van het gebouw en leiden de krachten die op het gebouw inwerken af naar de fundering. Die muren dienen dus stevig gebouwd te zijn en zo geconcipieerd dat ze ook op termijn (de levensduur van het gebouw) stevig blijven. In binnenmuren komen openingen voor van o.a. deuren en doorgangen. Lateien, balken en soms ook kolommen zorgen ervoor dat alle verticale krachten netjes worden afgeleid langsheen de openingen naar de fundering, zonder dat de stabiliteit van het geheel en de veiligheid van de bewoners in het gedrang komt.
Voornoemde eigenschappen worden van alle binnenmuren verwacht, ongeacht hun opbouw en samenstelling. Er zijn tal van constructiewijzen mogelijk, waarvan metselwerk (uit stenen, blokken uit diverse materialen, gestapeld en verbonden met mortel of lijm) het meest voorkomt in Vlaanderen. Dragende binnenmuren zijn doorgaans enkele muren en zijn meestal bekleed met pleisterwerk. Daarnaast zijn er zware skeletsystemen uit beton en staal met invulmetselwerk en massief gestorte (betonnen) wanden. Onder de lichte systemen is er houtskeletbouw, bestaande uit stijlwanden met stijlen en regels, binnen en buiten voorzien van een geschikte beplating en houtmassiefbouw, bestaande uit volle houten platen of balken. Regelmatig komen er nieuwe bouwsystemen voor binnenmuren op de markt.
In ieder geval dienen dragende binnenmuren en de samenstellende delen ervan (balken, lateien, kolommen) stevig en veilig te zijn.
Werkwijze van de woningcontroleur
De woningcontroleur onderzoekt het geheel van elementen dat instaat voor de dragende verticale binnenstructuur van het gebouw.
De controle van de stabiliteit van het gebouw gebeurt visueel.
De eigenlijke verticale draagstructuur is niet altijd (volledig) zichtbaar. Van de woningcontroleur wordt dus een zeker inzicht in structuuranalyse (lastendaling) gevraagd. Een binnenmuur die als een betonskelet is uitgevoerd zal anders reageren op belastingen dan een massief gemetselde muur, en achter pleisterwerk of houten schroten kan om het even welke dragende structuur zitten.
De woningcontroleur bekijkt waar mogelijk beide zijden van de binnenmuur om vast te stellen of gebreken zoals scheuren doorheen de hele constructie gaan, of slechts oppervlakkig aan de ene of andere zijde van de muur voorkomen.
In het laatste geval gaat het mogelijk enkel om oppervlakkige schade aan het pleisterwerk.
De woningcontroleur bekijkt de algemene staat en integriteit van de binnenmuren waarbij bijzondere aandacht gaat naar de openingen die in de binnenmuren voorkomen en de opleg van balken en lateien.
De overgangen tussen verschillende materialen in binnenmuren en de verbindingen en samenhang van de binnenmuren met de buitenmuren en de tussenvloeren worden nauwkeurig bekeken.
Regelgevende tekst
Artikel 15 van het MB.