STABILITEIT van de dakstructuur (gebinte, draagbalken, dakplaat)
Te beoordelen onderdelen
In rubriek 11 beoordeelt de woningcontroleur de dakstructuur als het geheel van dragende en structurele elementen die de belastingen die op het dak aangrijpen opvangen en afleiden naar de onderliggende constructie.
Daken kunnen alle mogelijke vormen aannemen en daarom kan de structuur van een gebouw zowel eenvoudig als complex zijn. Bovendien zorgen dakdoorbrekingen (dakkapellen, uitbouwen, liftkokers, schoorstenen, …) vaak voor onderbrekingen van de basisstructuur, die op een correcte wijze dienen opgevangen te worden.
Een beoordeling van de buitendakse schouw is in deze rubriek inbegrepen. Dit zijn alle delen van alle mogelijke afvoerkanalen die zich buiten het gebouw bevinden. Zowel afvoerkanalen voor rookgassen als voor ventilatie worden bekeken, om het even uit welk materiaal ze bestaan.
De beoordeling omvat de structurele elementen van dakdoorbrekingen zoals een dakkapel.
De elementen van een dakstructuur kunnen uit verschillende materialen bestaan, zoals hout, staal, beton, waardoor het gewicht van dakconstructies enorm uiteen kan lopen. Van belang is uiteraard dat de verschillende onderdelen van de dakstructuur de erop aangrijpende belastingen correct opvangen en afleiden naar de ondergelegen constructie. Daarvoor zijn twee zaken essentieel. Ten eerste dient elk onderdeel op zichzelf voldoende sterkte te hebben en ten tweede dienen alle onderdelen stevig met mekaar verbonden te zijn.
Werkwijze van de woningcontroleur
De controle van de stabiliteit van het gebouw gebeurt visueel.
De constructie van een dak is echter niet altijd (volledig) zichtbaar. Van de woningcontroleur wordt dus een zeker inzicht in structuuranalyse gevraagd. Zo is het concept van een gordingendak (opgebouwd uit spanten, gordingen en kepers) totaal anders dat dit van een spantendak (opgebouwd uit een reeks doorgaans identieke lichte spanten). Zie ook onderstaande schets.
Als de dragende elementen van de dakstructuur volledig zichtbaar zijn, worden deze visueel nagekeken op gebreken. Als de dragende elementen verborgen zijn achter afwerkingen kunnen gebreken aan de afwerkingen in aanmerking genomen worden als een indicatie van gebreken aan de structurele elementen die erachter zitten.
De woningcontroleur kijkt de verbindingen tussen de onderlinge elementen van de structuur en de verankeringen van de dakstructuur aan de onderliggende constructie na.
Zo kan bijvoorbeeld een houten gording zonder enige doorbuiging het gewicht van het dak opvangen, terwijl de opleg van de gording in de muur compleet verrot kan zijn. Net zo kan een stalen ligger het onderliggend metselwerk doen barsten, omdat het oplegvlak niet is aangepast aan de last van de stalen ligger (bijvoorbeeld door het ontbreken van een betonnen verdeelsokkel).
Regelgevende tekst
Artikel 10 van het MB.