201. er is geen vast verwarmingsapparaat in de kamer

Toepassing van de rubriek

In rubriek 201 beoordeelt de woningcontroleur de aanwezigheid van een vast verwarmingsapparaat in de kamer. Als een vast verwarmingsapparaat in de kamer ontbreekt, wordt dit als gebrek gequoteerd.

Werkwijze van de woningcontroleur en wijze van waarnemen

Zie onder rubriek 201. er is geen vast verwarmingsapparaat in een leefkamer bij zelfstandige woningen.

De omschrijving is identiek aan deze van rubriek 201 bij de zelfstandige woningen maar er is een belangrijke bijkomende vereiste omdat niet elk type verwarming wordt toegelaten in de niet-zelfstandige woning: het vast verwarmingsapparaat dat aanwezig dient te zijn in de kamer, bestaat verplichtend uit:

  1. ofwel centrale verwarming: een centrale verwarmingsketel zorgt voor de warmteproductie en de verdeling in de kamer gebeurt via verwarmingselementen zoals radiatoren, convectoren, vloerverwarming, luchtverwarming, enzovoorts … ;

  2. ofwel een luchtdicht gastoestel: een gastoestel van het type C;

  3. ofwel een elektrisch toestel met aangepaste energietoevoer via apart circuit: een elektrische convector, radiator, accumulator of vloerverwarming of infraroodpaneel, via apart circuit.

    Een apart circuit betekent dat er een stroombaan exclusief is toegekend aan de elektrische verwarming, maar betekent niet noodzakelijk dat elk elektrisch verwarmingsapparaat een eigen circuit heeft. Meerdere elektrische verwarmingsapparaten kunnen op één circuit zijn aangesloten, mits dat circuit, inclusief de beveiliging, aangepast is aan de daarop aangesloten verwarmingsapparaten, met andere woorden dat de zekering deze afzonderlijke stroombaan correct beveiligt.

Te beoordelen elementen

De beoordeling door de woningcontroleur gebeurt louter visueel en op dezelfde manier als voor rubriek 201 bij zelfstandige woningen, mits ook aan de hierboven vermelde bijkomende vereiste voldaan is.

Volgende richtlijnen kunnen behulpzaam zijn bij de inschatting: het vast verwarmingsapparaat dat ofwel een centrale verwarming, een luchtdicht gastoestel ofwel een elektrisch toestel met aangepaste energietoevoer via apart circuit is:

  • is aanwezig in de kamer;

  • is vast, hetzij door de plaatsing, hetzij door het verwarmingsconcept;

  • functioneert;

  • is geschikt om de temperatuur in de kamer gevoelig te verhogen;

  • kan door de bewoner geregeld worden (minstens aan/uit regeling).

Ingeval de kamer uit verschillende lokalen bestaat, is het – net zoals bij zelfstandige woningen – voldoende dat de leefkamer verwarmd wordt.

Mogelijke gebreken

Het enige gebrek dat onder deze rubriek kan gequoteerd worden, is het afwezig zijn van een vast verwarmingsapparaat in een leefkamer. Als een verwarmingsapparaat aanwezig is, maar het is geen centrale verwarming, geen luchtdicht toestel of geen elektrisch toestel met aangepaste energietoevoer via apart circuit, wordt het toestel als niet aanwezig beschouwd.

Uiteraard schenkt de woningcontroleur de nodige aandacht aan bijkomende gebreken die zouden kunnen aanwezig zijn en die gequoteerd worden onder andere rubrieken, zoals gevaar op CO-vergiftiging (rubriek 227), elektrocutie (rubriek 195) en brandgevaar (rubriek 51 (elektrisch) of rubriek 61 (gas, stookolie, …)).

Het louter ontbreken van energietoevoer (lege propaantank bijvoorbeeld) leidt niet tot quotatie als gebrek, indien het verwarmingsapparaat aanwezig is en op zich wel functioneert.

Quotering van concrete toepassingsgevallen in afgebakende categorieën

Quotering categorie III

Het afwezig zijn in de kamer van een vast verwarmingsapparaat dat ofwel een centrale verwarming, een luchtdicht gastoestel ofwel een elektrisch toestel met aangepaste energietoevoer via apart circuit is, wordt steeds gequoteerd in categorie III.

Een niet limitatieve lijst van concrete toepassingsgevallen is opgenomen in bijlage 78 van het MB.

K_201_III_01: quotering rubriek 201 in categorie III: geen vast verwarmingsapparaat aanwezig

Opmerking: deze kamer wordt verwarmd met een mobiele elektrische radiator, wat geen vast verwarmingsapparaat is, en bovendien niet op een apart circuit is aangesloten; daarom wordt gequoteerd onder categorie III.

Bijkomende opmerking – geen quotering

Wanneer een verwarmingstoestel niet werkt enkel en alleen omdat er geen toevoer is van gas of elektriciteit (budgetmeter, lege propaantank, …), dan wordt dit als bijkomende opmerking onder het vak ‘opmerkingen’ vermeld. Ook andere opvallende zaken die op zich geen gebrek vormen, worden vermeld.

K_201_O_01: rubriek 201, geen quotering maar bijkomende opmerking: convector beschadigd

Opmerking: deze kamer wordt verwarmd met een vaste convector, die deel uitmaakt van een centrale verwarming, maar de behuizing van de convector is ernstig beschadigd; dit wordt als bijkomende opmerking genoteerd.

Regelgevende tekst

Artikel 105 van het MB.